Wij versus zij: een psychologisch perspectief op interorganisationeel samenwerken
Samenwerken is een kunst op zich. En dat is ook niet zo vreemd want zoveel mensen, zoveel verschillende persoonlijkheden, motivaties, competenties en belangen. Dat levert nogal eens frictie op. Nu is samenwerken tussen individuen al lastig, extra ingewikkeld wordt het als organisaties gaan samenwerken. Daar is de afstand tussen mensen letterlijk en figuurlijk groter en spelen ook nog eens organisatiebelangen mee. Hoe werkt dat psychologisch? En hoe kunnen we die verschillen overbruggen om toch succesvol samen te kunnen werken?
Hoor jij bij mij?
Van nature is het voor eenieder van ons het gemakkelijkst om samen te werken met mensen die op ons lijken. Je voelt al snel een klik met iemand als diegene min of meer hetzelfde denkt en doet; de ander lijkt dan veilig en voorspelbaar. Als mensen anders zijn dan wijzelf, doet ons brein iets bijzonders. Omdat het deze mensen ziet als onvoorspelbaar en potentieel gevaarlijk, plaatst het ze direct in een hokje. Zo kunnen we snel inschatten of er werkelijk gevaar is. De social identity theory (Tajfel & Turner, 1979) legt dit onbewuste proces uit. Mensen die op ons lijken komen in het “wij-kamp”, mensen die van ons verschillen komen in het “zij-kamp”. En die kampen lijken soms moeilijk verenigbaar. Ver terug in de tijd was dit een goede overlevingsstrategie. Vandaag de dag maakt dit het vooral ingewikkeld om harmonieus samen te leven en samen te werken.
Waarom is samenwerken tussen organisaties nog ingewikkelder?
Wanneer een samenwerking tússen organisaties ontstaat, wordt de kloof tussen de wij- en zij-kampen als het ware vergroot en verdiept. Mensen komen nóg moeilijker tot elkaar omdat ze elkaar minder goed kennen, ze vanuit hun organisaties verschillende en vaak tegenstrijdige belangen meenemen en letterlijk en figuurlijk een grotere afstand tot elkaar hebben. Dit maakt het moeilijk om effectief samen te werken en wordt vaak zichtbaar in de onderstroom. Dit resulteert regelmatig in verzanding van het proces in onuitgesproken frustraties en achterdocht.
Dat kan ook anders!
Hoe creëer je een wij-gevoel?
In ons werk als “Bruggenbouwers” overbruggen wij de kloof. Drie zaken die daarin belangrijk zijn en die je zelf ook kunt toepassen in samenwerkingen tussen organisaties:
1. Zorg voor voldoende interactie met elkaar
Door meer met elkaar in contact te treden, leer je elkaar beter kennen. Daardoor zie je steeds beter in hoe de ander werkt en waarom die persoon op een bepaalde manier reageert. Je leert waarin jullie verschillen en waarin jullie hetzelfde zijn. Je kunt de ander steeds beter inschatten, voorspellen en het contact wordt niet alleen “veilig” maar misschien ook wel plezierig. Maak dus tijd vrij om elkaar te leren kennen.
2. Ga open en eerlijk in dialoog over de boven- en onderstroom
Open en eerlijk in dialoog treden met elkaar is een voorwaarde om elkaar echt te leren kennen en een vertrouwensband op te bouwen. Vaak blijft communicatie steken op de bovenstroom, bij dat wat veilig en op de oppervlakte is. Het is belangrijk ook de onderstroom bespreekbaar te maken, dat zorgt voor duidelijkheid, begrip en neemt achterdocht weg. Op deze manier leer je elkaar vertrouwen en dat is nodig om goed samen te werken, te geven en te ontvangen.
3. Zoek de gezamenlijkheid op en maak deze groter dan de verschillen
Door de gezamenlijkheid op te zoeken verleg je de aandacht van de verschillen naar de overeenkomsten. Je gaat samen op zoek naar het gezamenlijke belang, wat jullie samen zouden kunnen betekenen voor de doelgroep en welke gezamenlijke waarden daaruit spreken. De verschillen worden dan gevoelsmatig steeds kleiner of steeds onbenulliger en de overeenkomsten steeds groter en belangrijker.
Als je deze drie dingen voor elkaar krijgt, dan kan je een wij versus zij situatie ombuigen naar een “wij-gevoel”. Hoe zorg jij voor verbondenheid binnen een strategische samenwerking?
Emilie Vissering, januari 2023
Kijk hier voor meer informatie over onze advisering bij Samenwerkingsvraagstukken.